Sam Verwaijen zag kansen in een brandnetelparadijs in Spijkenisse en turnde het om tot een inspirerende congreslocatie, Innovatiekracht genaamd. Gekenmerkt door de combinatie van industrieel en landelijk is een pareltje tussen de stad en de haven gecreëerd.
Als zelfbenoemd ambassadeur van duurzaamheid tegen wil en dank wil Verwaijen met Innovatiekracht meer zijn dan een locatie alleen. Meedenken over hoe bedrijven of organisaties hun congres op een verrassende manier kunnen invullen, verantwoorde catering aanbieden en de discussie op gang brengen over écht authentiek en slim met duurzaamheid omgaan is wat hij voor ogen heeft.
Eerder rolde hij volgens dat concept onder de overkoepelende paraplu Green.DNA al een succesvolle congres-locatie uit in Klarenbeek, onder de noemer Veerkracht. En dat idee kwam weer voort uit Het Glazen Huis, de trainingslocatie in Klarenbeek die de vraag niet meer aankon. “Aan de overkant van de weg zag ik kansen voor een congreslocatie. Mijn wensen voor het bouwproces waren echter zo specifiek, dat een aannemer opperde dat ik het zelf maar moest gaan neerzetten.” Aldus geschiedde. Samen met een bouwkundig bureau werd het gehele bouwproces zo’n beetje opnieuw uitgevonden. Onconventionele oplossingen volgden elkaar in rap tempo op. Het beperkte budget maakte creatief en opende deuren naar duurzaamheid die anderen nog niet zagen. “Met een groep vertrouwelingen ben ik begonnen, waaronder mijn broer. Die was meubelmaker, ik tuinier. De ploeg kende geen echte bouwvakkers. Dat kun je zien als nadeel, maar zorgde er wel voor dat we met een open mind opereerden. Met veel overheidsinstanties als beoogd klant, werd enorm ingezet op duurzaamheid.” Maar dan wel zonder volger van de massa te zijn. Continu werd afgevraagd wat daadwerkelijk de beste, duurzame afweging zou zijn. “Ik kon er bijvoorbeeld voor kiezen om vloerbedekking van zeewierafval neer te leggen. Heel duurzaam, maar ook zo kostbaar dat ik het mij niet kon veroorloven. Toen we gingen nadenken over alternatieven, kwam naar voren dat geen vloerbedekking eigenlijk de meest duurzame oplossing was,” legt Verwaijen zijn visie uit middels een duidelijk voorbeeld.
De vele, landelijke corporate instituten die Green.DNA meestal eens per jaar verwelkomde in Klarenbeek, vroegen steeds vaker aan Verwaijen of hij niet eens na wilde denken over een soortgelijke congreslocatie, maar dan centraler gelegen. “Op die manier hadden zij de mogelijkheid om hun klanten dichter bij huis uit te nodigen voor een congres. Na de zoveelste opmerking in die trant besloot ik werk te maken van een exacte kopie van Veerkracht.” Het oog van Verwaijen viel op een ontoegankelijke en overwoekerde landtong in Spijkenisse. Na constructieve gesprekken met de gemeente Nissewaard werd het geloof in Innovatiekracht steeds groter en gingen de seinen op groen. Het leidde tot een locatie van 1200 vierkante meter congresruimte (plenair 400 m2 en zes subzalen van 100 vierkante meter), te reserveren voor evenementen tot 375 personen. Het gebouw verrijst letterlijk uit het landschap en het omvangrijke dak is geheel begroeid met veldbloemen, mossen en grassen. Maar dat is uiteraard niet de enige innovatie die gebruikt is bij de bouw. “Een glaswand over de gehele breedte van het pand is bewust geplaatst op het noorden. Daarmee creëer je niet alleen van binnenuit een geweldig uitzicht op de natuur en het havengebied, maar het maakt ook airconditioning overbodig. Dat is de grootste winst in het geheel. Verder wordt het pand verwarmd middels een biomassa installatie, waarmee snippers van gekapte bomen en eigen afval wordt omgezet in energie. Ook regelt de locatie zijn eigen waterzuivering. En wij cateren bij congressen niet volgens het principe van een lopend buffet, maar serveren borden uit. Dan is het allemaal veel meer afgemeten, waardoor minder verspilling optreedt. Bij buffetten wordt gerust 60 procent van het eten niet gebruikt. Dat is natuurlijk zonde.”
Merkt Verwaijen dat de boodschap die hij nu ook in de regio Rijnmond over wil brengen een beetje landt bij ondernemers? “Ja, ik hoor dat deelnemers aan een congres vaak echt gaan nadenken over hun eigen doen en laten. ‘Op welke manieren pas ik duurzaamheid toe?’, ‘Is mijn keuze de meest geaccepteerde of de beste manier?’ en ‘Hoe sta ik nu eigenlijk zelf in het duurzaamheidsvraagstuk?’ zijn vragen die regelmatig de revue passeren. Dus dan breng je in ieder geval iets op gang. Duurzaamheid is een breed begrip en niemand heeft de wijsheid in pacht. Er is geen goed of fout. Maar door erover te praten, win je al iets. Personeel thuis laten werken versus met hybride auto’s naar kantoor laten komen, continu overal de ledverlichting aanhouden versus veel minder gloeilampen alleen laten branden op het moment dat er iemand in die ruimte is: overal valt over te twisten.” Verwaijen pretendeert niet de wijsheid in pacht te hebben, maar schopt wel graag tegen heilige huisjes in de duurzaamheidsbranche aan. Het doel? Doordringen tot de kern. “Green.DNA kiest ook met Innovatiekracht voor kwaliteit en niet voor kwantiteit. We steken inhoudelijk liever veel tijd in 50 tot 70 kwalitatief goede congressen per jaar, dan dat we iedere dag volgeboekt zijn. Dat zou ons onderscheidend vermogen tenietdoen.”